
De dichter Yusuf keert na de dood van zijn moeder terug naar zijn geboortestadje, waar hij al jaren niet meer is geweest. In het vervallen ouderlijk huis wacht de jonge vrouw Ayla hem op. Yusuf wist niets van het bestaan van deze verre verwante, die vijf jaar bij zijn moeder woonde. Ayla heeft een verzoek aan Yusuf. Hij moet het offer brengen waartoe zijn stervende moeder Zehra niet meer in staat was. Yusuf stemt toe en gaat samen met Ayla op pad naar het graf van de heilige, drie tot vier uur verderop, voor de traditionele offerplechtigheid.