De twintigjarige Koukou wordt hij door velen beschouwd als de dorpsgek. De ouderen en zijn vader besluiten hem in een psychiatrische inrichting te stoppen. Zijn broer Mahmoud, leraar filosofie op een middelbare school in Bejaia, hoort het nieuws. Hij is woedend over het besluit van de commissie. Tijdens zijn verblijf in het dorp voert Mahmoud een dagelijkse strijd om zijn vader en de wijze mannen van het dorp te overtuigen van de onschuld van zijn broer.
