Een jaar nadat Denemarken werd opgeschrikt door een dodelijke bomaanslag, voert de ultranationalistische politicus Martin Nordahl met zijn Nationale Beweging de verkiezingspolls aan. Onder invloed van zijn anti-immigratieretoriek is de stemming in de samenleving ten aanzien van etnische minderheden snel verhard; vooral mensen met een Arabische achtergrond moeten het ontgelden. In dit klimaat voelt de negentienjarige Zakaria de noodzaak om in actie te komen. Maar om te doen wat hij denkt dat nodig is om het politieke tij te keren, moet hij zowel zijn moeder als broertje in de steek laten en sluit hij zich aan bij een radicale organisatie.