Veteraan Johnny is na de Eerste Wereldoorlog een menselijk wrak: hij mist armen en benen en kan niet meer praten, zien of horen. Trumbo - die als regisseur eigenlijk Luis Buñuel in gedachten had - maakt veelvuldig gebruik van flashbacks en droomscènes om Johnny's ondraaglijke situatie en gedachtes te verbeelden. Hij is niet alleen een gevangene van zijn ziekbed, maar ook van zijn eigen zintuigen.