De Israëlische Rus Arcadi Gaydamak wil graag burgemeester van Jeruzalem worden. Om dat doel te bereiken koopt hij de plaatselijke voetbalclub Beitar, zodat de fans van die club zich ook electoraal achter hem zullen scharen. Maar als hij de verkiezingen verliest, blijft Gaydamak zitten met een voetbalclub die hij liever kwijt is dan rijk. Hij bemoeit zich weinig met de club maar besluit wel twee moslims uit Tsjetsjenië aan de spelersgroep toe te voegen. Dit schiet de fanatieke aanhang van de Joodse club in het verkeerde keelgat. De aanvoerder en publiekslieveling spreekt zich niet expliciet uit tegen de komst van het Tsjetsjeense tweetal, en wordt mikpunt van haat van de supporters.